Als je iets gaat afsluiten ga je automatisch terugkijken. Niet dat ik nog in het verleden leef, maar sommige gebeurtenissen en mensen hebben een onuitwisbare indruk achtergelaten. Net als bij de liefde vergeet je de eerste keer nooit meer. De eerste kennismaking met het trainen van een seniorenkeeper was er voor mij ook zo eentje…
We schrijven december 2000. Hoe het contact precies tot stand kwam weet ik eerlijk gezegd niet meer, maar dat doet niet zoveel ter zake. Ik werd uitgenodigd voor een gesprek om keeperstrainer te worden bij de senioren bij Nicolaas Boys en dan ging het om de doelmannen van de selectie. Het was compleet nieuw, maar na zeven jaar jeugd was dit een prachtige kans en uitdaging. Het gesprek verliep soepel en dezelfde avond werd het al officieel. Daaruit sprak veel vertrouwen…
Kennismaking
De selectie was ondertussen klaar met de training, dus een goed moment voor een voorstelrondje. Veel van de spelers kende ik al, maar ik was vooral benieuwd naar de keeper van het eerste. Uiteindelijk kwamen we elkaar tegen. Het bleek een boom van een vent te zijn en in mijn beleving een kruising van Peter Schmeichel en Oliver Kahn in één persoon, die enigszins sceptisch reageerde met de woorden: “Zo, dus jij komt mij nieuwe dingen leren.” Ik had al een passend antwoord klaarliggen en dat kon hij wel waarderen. “Jou mag ik wel,” zei hij. Het ijs was gebroken en we spraken lange tijd met elkaar….
Deze keeper was slechts twee jaar jonger dan ik. Als je gewend bent dat jouw keepers een stuk jonger zijn dan jij is dat even wennen. Maar naarmate de tijd vorderde ontstond er meer dan de verhouding tussen trainer en speler. Er was groot wederzijds respect en een enorme drive om elkaar op te stuwen naar een prachtig niveau. Het was messcherp zo af en toe en soms op het randje van het toelaatbare. Provoceren en uitdagen hoorden daarbij, maar altijd als maatjes van het veld. Een bijzondere situatie, misschien wel juist door dat geringe verschil in leeftijd…
Het proces
De competitie werd hervat na de winterstop. Ondertussen waren er al enkele trainingen geweest en ik zag dat deze “Beer van Liemeer” over veel kwaliteiten beschikte, maar toch waren er nog aandachtsgebieden en puntjes. Die inschatting van de kruising tussen Peter Schmeichel en Oliver Kahn bleek niet eens zo vreemd te noemen qua speelstijl. Het team stond er goed voor, en dat na een desastreuze start in het begin van het seizoen. Na enkele wedstrijden kwam er een geloof in de ploeg dat er nog wel het een en ander te halen viel in dat jaar. Een mooi proces om van dichtbij mee te maken en een voorrecht om hiervan een onderdeeltje te zijn…
Dat “onderdeeltje” begon zich te onderscheiden in enkele cruciale acties, die het verschil maakten tussen puntenverlies of winst. Zijn wedstrijdmentaliteit was ongelooflijk, net als het arbeidsethos dat hij in zijn trainingen legde. Een echte winnaar, die er alles voor deed om tot het maximale resultaat te komen. Een harde werker, die het uiterste van zichzelf vergde, maar dat ook van anderen eiste. Niet iedereen kon daar even goed mee omgaan, maar men accepteerde dat wel van hem. Een echte leider van zijn defensie, natuurlijk gezegend met zijn postuur en voorkomen, maar ook verbaal soms fel van leer trekkend.
De absolute climax
In alles was hij een uiterste. Thuis tegen Ommoord (1-0 winst) vouwde hij zich in de slotminuten letterlijk om de doelpaal heen om een tegengoal te voorkomen en zo de winst veilig te stellen. Het doel schudde op zijn grondvesten. Verzorger Vlug deed de natte spons in zijn gezicht, de doelman schudde even zijn hoofd en stond op, klaar voor het vervolg. Dat was hij ten voeten uit.
Het seizoen kende een ongekend hoogtepunt in Rotterdam (Kralingen) daags voor toen nog Koninginnedag 2001. Dáár kon de definitieve slag geslagen worden om de titel te pakken. Met één punt voorsprong toog men naar de Maasstad. Het begin zag er niet best uit. Twee keer op achterstand en dat in een tijdsbestek van slechts zeventien minuten (!) Door een rode kaart aan de zijde van de Rotterdammers kantelde het spelbeeld, maar men moest waakzaam zijn voor de counters. De Boys kwamen in de tweede helft voor de tweede keer in deze wedstrijd langszij. De thuisploeg wierp alle schroom van zich af, want winst betekende dat zij bij aanvang van de laatste speelronde aan kop zouden komen. Een prachtige aanval over rechts werd door de spits tegendraads naar de grond gekopt en iedereen zag het doelpunt en de vernieuwde voorsprong al. Maar “mijn” keeper dacht daar anders over. Een fenomenale redding had hij in huis. Met een uiterste krachtsinspanning tikte hij het leer naar de zijkant. Het bleek in één actie de voorassist te zijn én de definitieve beslissing in het kampioenschap. Wat een ontlading volgde er na het laatste fluitsignaal, want die grote kerel sprong in mijn armen en voor we het wisten waren we het veld aan het egaliseren, doorrollend van vreugde. Wat een feest was dat!
In herinnering
Zijn naam: Bert van den Haak. Een bijzondere en markante man die ik nooit zal vergeten. Mijn eerste keeper bij de senioren en wat voor één! Bovenstaande teksten zeggen alles en we hebben tot het laatst contact met elkaar gehouden. Het etiket “live fast die young” was op zijn lijf geschreven. Hij heeft alles gegeven, maar ook veel moeten opgeven. Hij heeft offers gebracht en uiteindelijk het fatale offer: Zijn leven. Veel te vroeg van ons heengegaan, De boom werd geveld door die slopende ziekte. Maar uit mijn herinnering ga je nooit meer, vriend! Dit zal ik altijd bij mij blijven dragen. “We’ll meet again!”