Regio – De hele familie werkt mee. Hun dochter die in de zorg werkt neemt vrij om te helpen en ook hun zoon is van de partij. “Ik ben zelf dol op vuurwerk. Ik steek het zelf ook graag af. En je kan andere mensen veel plezier doen. En wat ook wel leuk is: je ziet mensen die je normaal niet ziet. Een keer per jaar komen die dan vuurwerk halen. Dan kletsen we even bij. Kopje koffie erbij. Gezellig”, aldus Gea Hilbrink.
De verkoop van vuurwerk moet aan strenge eisen voldoen. Dus zelfs met de vuurwerkramp in Enschede in haar achterhoofd vindt Gea Hilbrink het niet eng om vuurwerk aan huis te verkopen. “Er is een sprinklerinstallatie en we hebben een eigen waterbron bij huis omdat de waterleidingmaatschappij ons van onvoldoende water kan voorzien. Bovendien kun je vuurwerk alleen maar aansteken bij het lontje. Of je moet een heel grote brand krijgen. Je kan proberen om zo’n doos in de brand te steken, maar dat lukt niet. Je moet echt bij het lont beginnen.”
Strenge regels
Het vuurwerk staat niet in de winkel; daar staan alleen dummies. In twee bunkers achter hun huis ligt het opgeslagen. Hilbrink laat een grote kartonnen doos zien en snijdt die open. Eronder zit nog een verpakking van gaas. “Dit is allemaal gekomen na de ramp in Enschede. Dat gaas moet voorkomen dat je die explosies krijgt.” De regels zijn dat onverpakt en verpakt vuurwerk niet bij elkaar mogen liggen.
Gaat de familie Hilbrink op naar de 50 jaar? “Ja, hoor. Als het kan wel, ja. Met veel plezier”, besluit Gea Hilbrink. Al zijn er bij haar zoon wel wat zorgen over de toekomst. “Je hoort toch dat ze het willen gaan verbieden. Maar ik hoop dat we door kunnen gaan”, zegt hij.